Jaarrekening wel geüpload, maar niet gedeponeerd: bedrijf strafbaar

Bron vermelding: https://www.accountancyvanmorgen.nl/2024/10/14/jaarrekening-wel-geupload-maar-niet-gedeponeerd-bedrijf-strafbaar/

Een bedrijf is strafbaar gesteld door het gerechtshof omdat het de jaarrekeningen over de boekjaren 2017 en 2018 niet tijdig had gedeponeerd, ondanks het feit dat de bestanden wel waren geüpload naar het handelsregister.

In 2020 constateerde een verbalisant dat de BV de jaarrekening niet binnen 12 maanden na het einde van de boekjaren had gedeponeerd. De BV beweerde dat de jaarrekening voor 2018 in juli 2019 was opgemaakt en in augustus was geüpload. Het gerechtshof in Amsterdam oordeelde echter dat het opmaken en vaststellen van de jaarrekening niet gelijkstaat aan deponeren. Bovendien kan een jaarrekening op de website van de Kamer van Koophandel na uploaden nog worden aangepast, waardoor de loutere voltooiing niet als deponering wordt beschouwd.

De verplichting om de jaarrekening tijdig te deponeren rust op de ondernemer. Een eerdere uitspraak van de economische politierechter, die oordeelde dat de BV geen blaam trof, werd verworpen. Het hof benadrukte dat het de verantwoordelijkheid van de verdachte is om te zorgen voor tijdige openbaarmaking door deponering bij het handelsregister, ongeacht wie de uitvoering daarvan verzorgt, zoals de vertegenwoordiger of de accountant.

Hoewel de BV strafbaar is, wordt er geen straf opgelegd. De vertegenwoordiger verkeerde in de veronderstelling dat de jaarrekening wel degelijk was gedeponeerd, omdat hij had begrepen dat het uploaden op 16 augustus 2019 was voltooid. Daarnaast bleek dat de jaarrekeningen voor 2017, 2018 en 2019 alsnog zijn gedeponeerd op 27 oktober 2020, kort nadat het Bureau Economische Handhaving de BV op de omissie had gewezen.

Het hof ging niet akkoord met een boete van € 100, die was voorgesteld na overleg tussen het Openbaar Ministerie en de verdachte, omdat er geen rechtsbijstand was verleend, wat een voorwaarde voor acceptatie was.

Dit alles werd besloten door het Gerechtshof Amsterdam op 26 september 2024.

Geef een reactie